Concurrerende jaloezie (of normale jaloezie) is volgens Freud een vorm van rouw die plaatsvindt wanneer een liefde wordt verloren. Hierbij verliest de jaloerse persoon vaak zijn gevoel voor eigenwaarde. De persoon is er immers niet in geslaagd de geliefde bij zich te houden. Volgens Freud is deze vorm van jaloezie weliswaar normaal is, maar niet altijd correct. Je kunt namelijk ook het gevoel hebben dat je partner vreemd gaat, zonder dat dat het geval is.
Geprojecteerde jaloezie komt voort uit de eigen ontrouw of verdrongen verlangens naar ontrouw. Volgens Freud wordt de trouw in een relatie voortdurend op de proef gesteld door verleidingen die zich dagelijks voortdoen. De onderdrukking van deze verleidingen leiden tot onrust, die worden verwerkt tot het overdragen van de eigen ontrouw. De jaloerse partner zoekt aanwijzingen tot ontrouw, die worden gevonden. Bijvoorbeeld in een bepaalde blik die wordt gewisseld met een onbekende. Dit 'sociale geflirt' is volgens Freud een geaccepteerde manier om de dwang naar 'verovering' tegen te gaan.
Waanachtige jaloezie is een geprojecteerde vorm van jaloezie (zoals hiervoor beschreven) waarbij homoseksuele gevoelens een rol spelen, aldus Freud.